Observeren als een psycholoog
In heel veel beroepen moet je goed observeren. En goed kunnen opschrijven wat je observeert.
Je gaat in deze oefening als een echte pro leren observeren. In dit geval is de pro een psycholoog. Een psycholoog kan heel goed afstand nemen van wat hij of zij ziet. Dat doet een psycholoog door goed uit elkaar te trekken wat je ziet, en wat je daarbij denkt. Dus dat gaan we hier leren: hoe kan schrijven je helpen om goed onderscheid te maken tussen wat je ziet, en wat je daarover denkt? Het opschrijven doet je een tweede keer nadenken, en zorgt ervoor dat je niet alleen op eerste indrukken afgaat.
Als je iets meer weet wilt over wat een psycholoog doet voor je aan deze oefening begint, klik dan hier.
- Bekijk een van deze twee video’s 3 keer:
- een meisje vertelt over haar dwangstoornis: https://youtu.be/BHM1Ask5i1w;
- een meisje krijgt de opdracht om vragen van de therapeut te beantwoorden en niet toe te geven aan haar dwang haar gezicht aan te raken: https://www.instagram.com/p/CNmVbIaKeKz/?utm_source=ig_embed&utm_campaign=embed_video_watch_again.
- De eerste keer kijk je alleen maar, de tweede en keer maak je aantekeningen over wat je ziet.
- Gebruik je aantekeningen om op te schrijven wat je zag. En wat je daarbij dacht (of, nu je het op gaat schrijven, erbij bedenkt). Doe dat bijvoorbeeld op deze manier:
Wat zag ik?
|
Wat dacht ik? |
- schrijf nu maximaal 5 zinnen over wat je observeerde;
- in die zinnen staat zowel wat je zag, als wat je dacht.
Nu gaan we een tekst lezen waarin je een psycholoog aan het werk ziet.
Onderbouw
We lezen een kort fragment uit de roman Friet in de kliniek van Marit Brugman. De hoofdpersoon heeft anorexia, en vertelt over haar ervaringen met een psychologe.
- lees dit fragment;
- schrijf op hoe je vindt dat de psychologe de hoofdpersoon observeert. Wat valt je op?
Bovenbouw
We lezen een kort fragment uit de roman Paaz van Myrthe van der Meer. De hoofdpersoon is met een depressie opgenomen door de instelling Paaz. Eerst in de crisisopvang, maar inmiddels neemt ze deel aan groepstherapie onder leiding van psycholoog Lars.
In het fragment lezen we hoe een van de andere patiënten, Alice, in zo’n groepsgesprek haar verhaal doet. Alice heeft een dissociatieve stoornis die ze ‘Dis’ noemt. Na het verhaal van Alice geeft Lars zijn observatie van Alice:
- lees het fragment;
- schrijf op hoe je vindt dat Lars Alice observeert; wat valt je op?
- nu ga je je observatie van de video herschrijven door te doen alsof je de psychologe bent die Marit Brugman in Friet in de kliniek noemt. Of de psycholoog Lars die in Paaz genoemd wordt.
- kijk goed naar je aantekeningen in de vorige stap: wat viel je op over hoe die psychologen observeerden, en hoe ga jij dat nadoen als schrijver?
- vergelijk de eerste observatie die je schreef (voordat je Friet in de kliniek of Paaz las), met je tweede (nadat je Friet in de kliniek of Paaz las). Is er een verschil?
Bron
Deze oefening kwam tot stand met bronnen van DiaTaal/Bulkboek.